Sb's ouderwetse opvattingen over

vrouwen.

 

Datum: 13 mei 2002

Geschreven op: 12 mei 2002.

Door: Robert Priddy

Van: rpriddy@online.no 

Website: http://home.no.net/anir/Sai/ 


Onder dit artikel is een opmerking van de vertaler toegevoegd.


'Vrouwen moeten beseffen dat het beschermen van het gezin hun allereerste plicht is, ongeacht hun eigen scholingsniveau of sociale status. Voor duizenden leerlingen die naar school gaan, is moeder de eerste onderwijzeres. Voor ieder kind is de moeder de grote lerares vanaf het moment dat het geboren wordt. Indien een dergelijke onderwijzeres haar huis verlaat om andere kinderen te onderwijzen, wie zal dan haar kinderen onderwijzen? De vrouwen van India hebben als voornaamste plicht het gezin te hervormen en het te besturen volgens ideale richtlijnen! De woning en het gezin vormen overal ter wereld de grondslag van de samenleving. Wanneer het gezin vooruitgaat, zal de gehele wereld daar beter van worden.'

Sb te PN, 'Ladies Day' 19 okt. 1996 (Sanathana Sarathi, dec. 1996, p. 334).

Dit is wel een zeer interessante gedachtegang: elke vrouw moet alleen haar eigen kinderen onderwijzen, want wie moet er anders, enzovoort.

Het antwoord hierop is: aan mannelijke onderwijzers is geen gebrek, noch aan ongetrouwde vrouwen, noch aan vrouwen wier kinderen reeds volwassen zijn. Deze vrouwen kunnen allen les geven.

Het foutieve uitgangspunt dat Sb hier hanteert is: doordat vrouwen huis en gezin hebben verwaarloosd, is de gehele wereld verworden tot wat zij nu is. En wij weten allen dat Sb de wereld beziet door een uiterst zwartgallige bril, als een plaats waar de ongerechtigheid regeert en waar praktisch alles verkeerd is.

Hij legt de last van huis en gezin op de schouders van de vrouw, ja zelfs die van de hele wereld, zoals mannen dat gedurende bijna door de hele wereldgeschiedenis heen hebben gedaan. Deze overtuiging snijdt natuurlijk geen hout; het is een vooroordeel uit vroegere tijden.

Na dit gepraat over 'de plaats van de vrouw is thuis' maakt hij een draai van honderdtachtig graden en verkondigt plotseling:  

'Vrouwen verrichten alle arbeid even goed als mannen. Ja, zij doen hun werk met grotere oprechtheid en toewijding. Swami vroeg onlangs aan de directeur van de Indiase Telefoon Industrie toen hij Swami kwam bezoeken hoeveel vrouwen er in die industrie werkzaam waren. Hij zei dat de werknemers voor 99% vrouwen waren en voegde eraan toe dat vrouwen beter werk leveren dan mannen. Zij werken zonder onderbreking door totdat de werkopdracht is voltooid. Zij hebben een betere werkhouding dan mannen. Er staat in geen enkele heilige tekst dat vrouwen alleen maar moeten koken en geen mannenwerk mogen doen.'  (Sai Echoes from Kodai Hills, 1998, p. 48-9)

In dit geval stelt Sb de goedkope vrouwenarbeid aan de telefooncentrales ten voorbeeld  waar zij worden uitgebuit in uiterst saaie en geestdodende werkzaamheden. Deze vrouwen moeten veel uren maken en vervolgens bij thuiskomst de ideale huisvrouw zijn enzovoort.

Dit lijkt veel meer op het exploiteren van de vrouw dan op respecteren en eren.

Sb beklaagt zich echter over de situatie waarin vrouwen het vermogen krijgen om buitenshuis te gaan werken en geld te verdienen. Weer grijpt hij terug op het verleden waarheen wij allen volgens hem moeten terugkeren. 'Rama zei tegen Bharata dat hij vrouwen niet mocht toestaan deel te nemen aan staatszaken. Vrouwen spelen een hooggewaardeerde rol in huishoudelijke zaken, maar zij behoren buiten de grote politiek gehouden te worden. Stel geen vrouwen aan als minister. De reden hiervoor is: de eer van de natie is gegrondvest op haar vrouwen. Alleen wanneer vrouwen hun eer en waardigheid bewaren, zal een land worden gerespecteerd. Vrouwen mogen zichzelf niet te grabbel gooien door zich op te houden in openbare gelegenheden.' En verder: 'Hoe is de situatie van heden in ons land te vergelijken met Rama's denkbeeld over een voorbeeldig bestuur? De toestand van heden is honderd procent tegengesteld aan Rama's ideeën en idealen. Hoe zal Rama's Rijk hier dan ooit worden verwerkelijkt? Als wij dat Rijk hier willen vestigen, dan zal er harmonie moeten komen in gedachte, woord en daad. …enzovoort. (Sanathana Sarathi, mei 1995, p.118)

Het is totaal niet nodig bij deze opvatting te blijven, dus tapt Sb weer uit een geheel ander vaatje als hij zegt:

'In deze moderne wereld is het nodig dat vrouwen de last van het gezinsonderhoud delen met hun echtgenoot, dus moeten ook vrouwen gaan studeren zodat zij de last van het gezin samen kunnen dragen. Het riekt naar zelfzucht indien mannen verhinderen dat hun vrouw het werk gaat verrichten waarvoor zij de vereiste kwalificaties heeft verworven. Vrouwen zijn in staat zelf de gehele wereld in handen te krijgen door hun aangeboren eigenschappen van liefde en opofferingsgezindheid. Sb in een toespraak, 19 april. '99 Kodaikanal. (Sanathana Sarathi, juli 1998, p. 172).

Wij zien nu dus dat Rama het volkomen bij het verkeerde eind had. Immers:

Het is hier zeker op zijn plaats om te vermelden dat vrouwen die in Bharat (India) of in andere landen in een machtspositie zijn geweest, bijzonder bekwaam waren en geslaagd mogen heten.

Er zijn in Engeland veel koningen geweest, maar geen van hen heeft het land zo goed geregeerd als Koningin Victoria. Haar regeerperiode werd gekenmerkt door rechtvaardigheid, voorspoed en efficiënt bestuur. Tijdens haar regering heerste er geen onvrede.

In het meer recente verleden heeft Indira Gandhi haar regering geleid met grote moed en uiterst vaardige hand.' (Sanathana Sarathi, nov.-dec 1995, p. 293)

Sb's kijk op de Britse geschiedenis is die van een ouderwetse, revisionistische vroegere Brits-Indier. Men vraagt zich af waar hij die heeft opgedaan. Het is een vreemd anachronisme waarmee historici zich kunnen vermaken.

Koningin Victoria heeft zich tientallen jaren onttrokken aan al haar normale verplichtingen als vorstin, treurend over haar dode gemaal Prins Albert. Door haar gebrek aan belangstelling veroorzaakte zij reusachtige constitutionele problemen omdat zij zich in haar comfortabele afzondering volkomen overgaf aan haar verdriet.

Er was tijdens haar regering dus geen ontevredenheid? Niet bij de lagere klassen die onder afgrijselijke omstandigheden leefden tijdens de industriële revolutie? Nergens in het Britse Keizerrijk? Deze Sb is werkelijk een originele geschiedschrijver, ongetwijfeld een fantastische grappenmaker, iemand die best weet dat het zo niet geweest is, maar die geen kwaad wil denken of spreken over iets of iemand! Gefeliciteerd!

Onder Koningin Victoria heeft ook de zeer gewelddadige onderdrukking van de Indiase Muiterij of Revolutie plaatsgevonden, of niet? De welvaart en de doeltreffendheid waren er voor de hogere klassen, met Koningin Victoria voorop, gericht op (en dank zij) de exploitatie van de koloniale gebieden.

Tot zover Sb als geschiedenisdeskundige van Groot Brittannië.

Het lijkt alsof Sb heen en weer zwiebert tussen de tradities die hij kent uit het Indiase dorpsleven en de modernere opvattingen die vele van zijn vrouwelijke Indiase volgelingen uit de middenklassen nu zijn toegedaan. In feite moeten vrouwen als het nodig is (volgens Sb) twee banen hebben:

'Een vrouw moet eerst voor huis en gezin zorgen en dan buitenshuis gaan werken als dat nodig is.... Zij kan gaan studeren om een graad te halen, de politiek in gaan of ander werk doen, maar huis en haard mag zij niet verwaarlozen; dat is immers de ware grondslag van haar leven.' (Sanathana Sarathi, dec. 1997, p. 327-8).

Zo spreekt de alwetende Sb! Raakt u hierdoor in de war? Hier is zeer zeker iemand aan het woord die in de war is

Alles bijeen genomen is Sb beslist iemand die bij zijn vrouwelijke devotees veel verwarring veroorzaakt!

Opmerking van de vertaler:

Over een goed gedocumenteerd tijdperk is het moeilijk fantaseren.

Sb's idealisering en verheerlijking van de Victoriaanse periode is volkomen in lijn met zijn loftuitingen over vroeger tijden. Vroeger was alles beter. Wanneer precies wordt niet aangegeven.

In zijn eigen versie van de heldendichten Ramanaya en Bhagavatha, navertellingen die van het origineel aanzienlijk afwijken, kan hij fantaseren over een perfecte maatschappij en over onbevlekte personen. Vrouwen die vervallen van de ene huilbui in de andere; is het niet van verdriet, dan van vreugde. Mannen zijn ofwel goddelijke helden of schadelijke demonen. Het blijven oncontroleerbare sprookjes. Of hij deze zelf bedacht heeft valt nog te betwijfelen.

Maar over Koningin Victoria is alles bekend. Fantaseren wordt dan een hachelijke zaak. Toch doet sb dat al tientallen jaren, voor een grotendeels ongeletterd gehoor dat wegdeint in kritiekloze aanbidding. Op zijn leeftijd is het niet meer af te leren.

Jaap Hutte.